“Een klein aantal Chinese migranten woonde al in de archipel toen de Nederlanders eind 16e eeuw voor het eerst voet aan wal zetten. In de drie eeuwen van Nederlandse aanwezigheid hadden de Chinezen een belangrijke economische functie als tussenpersonen in de handel. Dit maakte hen in tijden van onrust vaak doelwit van jaloezie en soms geweld. Bij de volkstelling van 1930 was 1,2% van de bijna 61 miljoen bewoners in Nederlands-Indië van Chinese afkomst.
Toen Japan het gezag ‘overnam’ van Nederland in maart 1942, was de Tweede Chinees-Japanse oorlog - die zou eindigen in 1945 - al vijf jaar aan de gang. “Er waren zeker anti-Japanse gevoelens onder de Chinezen in Nederlands-Indië”, zegt Patricia Tjiook-Liem. De Japanse consul was waarschijnlijk al voor de invasie hiervan op de hoogte, omdat de arrestaties van verdachte Chinese Indonesiërs al eind april 1942 begonnen. Alleen al in het Tjimahi-kamp in West-Java waren 542 Chinezen geïnterneerd tot aan het einde van de bezetting.”
Foto credits: KITLV
“Een klein aantal Chinese migranten woonde al in de archipel toen de Nederlanders eind 16e eeuw voor het eerst voet aan wal zetten. In de drie eeuwen van Nederlandse aanwezigheid hadden de Chinezen een belangrijke economische functie als tussenpersonen in de handel. Dit maakte hen in tijden van onrust vaak doelwit van jaloezie en soms geweld. Bij de volkstelling van 1930 was 1,2% van de bijna 61 miljoen bewoners in Nederlands-Indië van Chinese afkomst.
Toen Japan het gezag ‘overnam’ van Nederland in maart 1942, was de Tweede Chinees-Japanse oorlog - die zou eindigen in 1945 - al vijf jaar aan de gang. “Er waren zeker anti-Japanse gevoelens onder de Chinezen in Nederlands-Indië”, zegt Patricia Tjiook-Liem. De Japanse consul was waarschijnlijk al voor de invasie hiervan op de hoogte, omdat de arrestaties van verdachte Chinese Indonesiërs al eind april 1942 begonnen. Alleen al in het Tjimahi-kamp in West-Java waren 542 Chinezen geïnterneerd tot aan het einde van de bezetting.”
Foto credits: KITLV