Buitenkampers: angst, honger en gevaar buiten de kampen
“In april 1942 werden alle Europeanen, Indo-Europeanen en Vreemde Oosterlingen opgeroepen om zich te melden voor het verkrijgen van een persoonsbewijs, een pendafteran. Op de met een kleur gespecificeerde pendafteran stond ‘Belanda-totok’ (roze) of ‘Belanda-Indo’ (blauw). De Japanse bezetting had de Indo-Europeanen al ontdaan van hun bevoorrechte positie ten opzichte van de Indonesiërs. Vanaf januari 1945 werden doelgericht razzia’s uitgevoerd en liep iedere Indo-Europeaan gevaar. Angst voor huiszoekingen, arrestaties, seksuele toenadering door Japanners en honger maakten het leven buiten het kamp tot een hel.
Om te kunnen eten, verdiende Anna Pijman (1934-2020) als 9-jarige geld door rijst te snijden op de sawahs van de buren. Waardevolle spullen moesten verpand worden. Eerst waren er nog vissen uit hun vijver om te eten, daarna alleen nog waterplanten. Wekelijks gingen ze ondervoed en lopend op slecht schoeisel naar de gaarkeukens in de binnenstad.”
Foto credits: F. Oosterman
Buitenkampers: angst, honger en gevaar buiten de kampen
“In april 1942 werden alle Europeanen, Indo-Europeanen en Vreemde Oosterlingen opgeroepen om zich te melden voor het verkrijgen van een persoonsbewijs, een pendafteran. Op de met een kleur gespecificeerde pendafteran stond ‘Belanda-totok’ (roze) of ‘Belanda-Indo’ (blauw). De Japanse bezetting had de Indo-Europeanen al ontdaan van hun bevoorrechte positie ten opzichte van de Indonesiërs. Vanaf januari 1945 werden doelgericht razzia’s uitgevoerd en liep iedere Indo-Europeaan gevaar. Angst voor huiszoekingen, arrestaties, seksuele toenadering door Japanners en honger maakten het leven buiten het kamp tot een hel.
Om te kunnen eten, verdiende Anna Pijman (1934-2020) als 9-jarige geld door rijst te snijden op de sawahs van de buren. Waardevolle spullen moesten verpand worden. Eerst waren er nog vissen uit hun vijver om te eten, daarna alleen nog waterplanten. Wekelijks gingen ze ondervoed en lopend op slecht schoeisel naar de gaarkeukens in de binnenstad.”
Foto credits: F. Oosterman